De Studiedag, een lust of een last?

Op een beetje school staan er jaarlijks minstens 4 studiedagen gepland, waarvan er een wordt gedeeld met alle scholen onder hetzelfde bestuur. Die Grote Studiedag ziet er overal ongeveer hetzelfde uit. Ik vraag me af of het concept nog wel goed is.

Die Grote Studiedag kent de volgende formule: Er is een key-notespeaker. Daarna volgen de deelnemers een workshop naar keuze. De ‘caroussel van workshops’ vindt 2 tot 3 keer plaats.

Hoe groter de organisatie, hoe diverser de workshops. Van ‘Verdiepende didactiek’ tot ‘Mindfulness’ en van ‘Puberbrein’ tot ‘Namen Onthouden’. Alle interesses zijn vertegenwoordigd. Een studiedag mag dan ook een flinke duit kosten!

 

Meermaals per jaar verzorg ik een van de workshops in die Carrousels. De sfeer in de groep is meestal als volgt:

Ronde 1: Men is best nieuwsgierig en welwillend. Nog geïnspireerd (of verdoofd) door de keynotespeaker is men nieuwsgierig naar de rest van de dag. De mensen doen altijd leuk mee. Het wordt een zinvolle workshop voor de meeste aanwezigen.

Ronde 2: We zijn pas op de helft van de dag, maar we worden al een beetje moe. De sfeer is wat sceptischer. Meer mensen starten de workshop achterover zittend met de armen over elkaar voor de borst. “Laat maar eens zien wat je kan” lijken ze uit te stralen.

Ronde 3: Er zijn wat meer lege plekken. De mensen die er wel zijn hoeven nog maar 1 workshop en dan is het tijd voor de borrel! De sfeer is dus wat lolliger. Het tempo is eruit en de kunst is om er toch nog een goede workshop van te maken zodat men moe maar voldaan het lokaal verlaat.

 

Terwijl de mensen met elkaar borrelen maak ik de balans op: Zo’n 75 mensen hebben mijn workshop gevolgd. De workshop wordt wél heel goed geëvalueerd, maar niemand schrijft zich in voor een vervolg. Dat is vreemd. Want men vond het wél zinvol, maar niemand heeft behoefte aan een verdieping. Bij rondvraag bij andere workshopleiders blijken zij dezelfde ervaring te hebben.

 

Het brengt mij bij de vraag wat dan eigenlijk het doel van een studiedag is?

Vanuit mijn opleidingskundige achtergrond zou ik verwachten dat het grotere plan er als volgt uitziet:

  • Vanuit een visie en meerjarenplan wordt een jaarplan met doelen gemaakt.
  • Vervolgens vertaalt het management die doelen naar een koers en plan van aanpak.
  • De leidinggevenden bespreken met elk teamlid wat dat teamlid nodig heeft aan ondersteuning om zich als professional te ontwikkelen én wat het teamlid kan betekenen in de realisatie van de gestelde doelen.
  • Beiden monitoren de voortgang ervan en maken hier afspraken over.
  • De leidinggevenden komen na het voeren van al deze Persoonlijke Professionaliserings Gesprekken terug bij elkaar en bepalen welke acties gepland en scholing ingekocht moeten worden. Waar kan er iets gezamenlijks worden opgepakt? Past dat mooi in een studiedag?
  • Zo ja, dan zal de opbrengst van de studiedag later in het jaar weer ter spraken komen bij de monitoring van de realisatie van persoonlijke en organisatiedoelen.
  • De studiedag is nu ingebed in de koers van de school en in de professionalisering van elk teamlid. Het is nooit meer een losstaande dag waarna we weer over gaan tot de orde van de dag.

 

Studiedagen hebben voor de deelnemende medewerkers vaak het karakter van een ‘verplicht nummertje’ dat je uitzit omdat dat wordt verwacht. Misschien pik je er nog wat van op, maar het is sowieso een hinderlijke onderbreking van het werk, dat zich nu nóg meer opstapelt. Zonde! Zonde van die goede intenties waarmee de dag wordt georganiseerd, al het werk dat erin zit en al die budgetten.

 

Mijn pleidooi is om het consequentieloze van de studiedag af te halen en de dag altijd een onderdeel van het plan van aanpak voor realisatie van doelen te laten zijn.

  1. Baseer de inhoud op de ontwikkelbehoefte, breng die dus elk jaar in kaart.
  2. Organiseer bijscholing voor hen die er behoefte aan hebben
  3. Geef de anderen ruimte om iets anders te doen met hun tijd. Spreek af met leerlingen die extra steun kunnen gebruiken, Ontwikkel lessen, verdiep je in een nieuwe tool. Iedereen komt tijd tekort, dus die dag wordt echt wel nuttig besteed.
  4. Skip de carrousel. Bespaar het geld dat ál die workshops kosten en geef het liever uit aan hulp bij het in kaart brengen van de werkelijke ontwikkelbehoefte.

Is dit teveel werk voor 4 dagen per jaar? Maak er dan 1 of 2 dagen van. Steek liever tijd in Persoonlijke Professionaliseringsplannen en het bijhouden van de voortgang ervan.

De ouders van je leerlingen zullen blij zijn. Je medewerkers ook! Die krijgen te maken met minder lesuitval en meer ruimte om professionaliseringsactiviteiten te doen zonder dat het in eigen tijd moet.

 

Een keertje van gedachten wisselen hierover? Ik hoor van je!

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.